Het land

Colombia

Officiële landstaal: Spaans
Hoofdstad: Bogota
Regeringsvorm: Presidentiële Republiek
Religie: 90% Christelijk
Oppervlakte: 1.141.748 km²
Inwoners:  ca. 50 miljoen (2018)
Volkslied: Oh Gloria Inmarcesible
Munteenheid:  Colombiaanse peso (COP)
Nationale feestdag: 20 juli
belangrijke steden: Bogota, Medellín, Cali, Catragena en Santa Marta

Algemeen

De Republiek Colombia ligt in het noordwesten van Zuid-Amerika met als hoofdstad Bogota. Het land grenst in het noorden aan de Caraïbische Zee, in het oosten aan Venezuela, in het zuidoosten aan Brazilië, in het zuiden aan Peru en Ecuador en in het westen aan Panama en de Grote Oceaan. Qua aantal inwoners is Colombia het derde land van Latijns-Amerika, na Brazilië en Mexico.

Waar zich nu Colombia bevindt, woonden van oorsprong verscheidene precolumbiaanse volkeren. Vanaf 1500 koloniseerden Spaanse conquistadores het gebied en stichtten er het Nieuw Koninkrijk Granada. Colombia verkreeg haar huidige vorm na de onafhankelijkheid in 1819 en het uiteenvallen van de jonge republiek Groot-Colombia in 1813. Geweld, conflicten en instabiliteit keerden daarna regelmatig terug in de vorm van (burger)oorlogen. In de jaren tachtig van de vorige eeuw kwam ook de drugshandel meer en meer op. Het was er onveilig en er waren veel sociale problemen. Ondanks de successen van het Colombiaans vredesproces, in het bijzonder de totstandkoming van een vredesakkoord tussen de regering en rebellenbeweging FARC in 2016, wordt op enkele plekken nog steeds gevochten.

Het Colombiaanse grondgebied strekt zich uit van het Amazoneregenwoud in het zuidoosten tot de rivierendelta's en kustgebieden in het noorden en westen. Grote steden zoals Bogota, Medellín en Cali bevinden zich op hoog niveau in het Andesgebergte. Colombia is een democratie, een republiek en een eenheidsstaat. De economie is de op drie na grootste van het continent en wordt tot de voornaamste groeimarkten van de wereld gerekend.

Colombia is een presidentiële republiek en een van de oudste democratieën in Zuid-Amerika. De president werd lange tijd gekozen voor maximaal één ambtstermijn van vier jaar maar onder president Álvaro Uribe is de grondwet gewijzigd en kan de president nu voor twee ambtstermijnen gekozen worden. Het volk is vertegenwoordigd in twee kamers, het Parlement en het Congres. De ministers zijn geen verantwoording verschuldigd aan het parlement maar aan de president, die ook regeringsleider is. De president is tevens de bevelhebber over het leger, maar in conflictgebieden heeft het leger een vergaande staatsrechtelijke bevoegdheid.

Klimaat

Colombia ligt vrijwel op de evenaar maar door de grote hoogteverschillen komen er vier verschillende klimaatzones voor. Eeuwige sneeuw vindt men boven 4500 meter hoogte. De seizoenen worden in Colombia eerder gekarakteriseerd door regenval dan door temperatuurwisselingen. In de lage gebieden aan de Caraïbische kust is er een droog seizoen van december tot maart, de rest van het jaar is het regenachtig. In het zuiden wordt het regenseizoen onderbroken door een periode van minder regen in juni en juli, en aan de Pacifische kust komt een droog seizoen bijna niet voor. Het schiereiland van La Guajira aan de Caraïbische Zee, dat in de regenschaduw van de Sierra Nevada de Santa Marta ligt, heeft juist een steppeklimaat en hetzelfde geldt voor de kleine Tatacoa-woestijn in het Andes-gebergte.

Natuur

Colombia is zeer rijk in plantengroei. Er leven 45000 soorten planten waarvan vele uniek; grote delen van het land zijn met tropisch regenwoud bedekt. Aan de kust komen mangrovebossen voor. De bovenloop van de Magdalena bestaat grotendeels uit savanne. De kerstorchidee is de nationale bloem van Colombia, de Andescondor de nationale vogel. De waspalm is dan weer de hoogste palm ter wereld en meteen ook de nationale boom van Colombia.

Door de vele gebergtes is Colombia rijk aan rivieren. Het merendeel hiervan stroomt in en naar het oosten. De belangrijkste rivieren in het noorden zijn de Meta, de Vichada en de Guaviare (allen in het stroombekken van de Orinoco). In het westen van het land stroomt de Magdalena in de dalen van de Andes en de Cauca.

Cultuur en Gezinsleven

De Colombiaanse cultuur is een combinatie van invloeden uit drie werelden: Indiaans Amerika, Europa en Afrika. Er waren en zijn veel sociale verschillen. De sociale orde was er erg gelaagd en had te maken politiek, economie en etnische afkomst. De blanken stonden bovenaan de maatschappelijke en economische ladder, de Afrikaanse en Indiaanse Colombianen onderaan. De verdeling van inkomen was een van de ongelijkste in de wereld. Er was veel armoede bij kleine boeren, vissers en mijnwerkers.

Door gebrek aan onderwijs en gezondheidsvoorzieningen, geweld en slechte economische omstandigheden ontstond een landelijke migratie. Als gevolg hiervan woonde rond het jaar 2000 twee derde van de Colombiaanse bevolking in de steden en de omliggende sloppenwijken. In de sloppenwijken rond steden kwam veel armoede voor en was vaak sprake van werkloosheid.

Naast extreme rijkdom en diepe armoede was er ook een grote middenklasse, met een redelijke mate van welzijn en stabiliteit. De elite, veelal van Europese afkomst, had de grootste macht in het land. Politici hadden vaak een achtergrond als grootgrondbezitters en industriëlen, maar naast rijkdom was ook een goede afkomst en intellectueel prestige belangrijk.

Door armoede moesten mannen en vrouwen vaak allebei werken. De kleinste kinderen werden thuis gelaten en de buurt hield een oogje in het zeil. Als de kinderen ongeveer drie of vier jaar oud waren, moesten zij ook meehelpen met geld verdienen. Vaak waren de vrouw en de kinderen de hoofdverdieners. Vanaf jonge leeftijd zwierven de kinderen al over straat om geld te verdienen, vaak via bedelen, prostitutie en diefstal. Hierdoor waren ze kwetsbaar voor criminele organisaties. Vrouwen werkten vaak als dienstmeisjes bij rijke gezinnen thuis. Hun kinderen werden ondertussen opgevangen door een ander familielid.

Bevolking en geloof

De meeste mensen wonen in het Andesgebied en het Caraïbisch kustgebied. De helft van de Colombianen woont in de steden. Slechts een klein percentage van de bevolking is van inheemse afkomst. Ongeveer de helft van de bevolking bestaat uit mestiezen, 20% is blank, 3,4% is indiaan en 10,6% is van Afrikaanse afkomst. Het overgrote merendeel van de bevolking spreekt Spaans, in het kustgebied Caraïbisch-Spaans. De meerderheid van de Colombianen is rooms-katholiek, ook zijn er voornamelijk onder de Indianen aanhangers van natuurgodsdiensten.

Volgens het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties leeft in Colombia nog steeds iets minder dan de helft van de bevolking onder de armoedegrens.
Sinds de Spaanse verovering is Colombia een katholiek land. De katholieke godsdienst is deel van de nationale identiteit. Indianen en Afro-Colombianen hadden hun eigen religies en er waren ook kleine protestantse gemeenten maar desalniettemin was het gezag van de katholieke kerk groot en had het geloof een invloed op het dagelijks leven. Het gebruik van voorbehoedsmiddelen werd bijvoorbeeld niet toegestaan door de katholieke kerk. Ongehuwd moederschap en alleenstaand ouderschap werd niet geaccepteerd. Kinderen afstaan ter adoptie was taboe.

 

Photo by fer towers from FreeImages, Carnival