Het land

Thailand

 


Officiële landstaal: Thai
Hoofdstad: Bangkok
Regeringsvorm: Parlementaire monarchie
Religie: 95% Boeddhisme
Oppervlakte: 513.120 km²
Inwoners:  68 miljoen (2018)
Volkslied: 1 burgerlijk: Phleng Chat; en 1 Koninklijk: Phleng Sansasoen Phra Baram
Munteenheid: Thaise Baht, onderverdeeld in 100 satang
Nationale feestdag: 5 december
belangrijke steden: Hat Yai, Chiang Mai, Nakhon Ratchasima, Phitsanulok

Algemeen

Thailand is een koninkrijk in Zuidoost-Azië. De hoofdstad van Thailand is Bangkok. Tot 1939 heette het land Siam. De Thaise naam van het land is "Prathet Thai", waarbij Prathet ‘land’ betekent en het woord Thai ‘vrij’ betekent. Thailand betekent dus letterlijk "vrij land". Thailand wordt in het oosten begrensd door Laos en Cambodja, in het westen door Myanmar en de Andamanse Zee, in het uiterste zuiden door Maleisië en in het zuidoosten door de Golf van Thailand, een onderdeel van de Zuid-Chinese Zee.

Klimaat

Thailand kent een tropisch klimaat. In het noorden van Thailand is er een tropisch savanneklimaat, in het zuiden een tropisch moessonklimaat. Het moessonklimaat houdt in dat er een regenseizoen is en een lange droge periode. Het savanneklimaat houdt in dat zomers nat zijn en de winters droog, Sommige gebieden in Thailand vallen onder het tropisch regenwoudklimaat, dan is er geen droge periode. Het regenseizoen in Thailand kenmerkt zich niet door dagenlange regen. Er vinden echter korte hevige regenbuien plaats, ongeveer een à twee keer per dag.

Taal

De officiële taal is het Thai, de moedertaal van ongeveer 90% van de bevolking. Binnen de Thaise taal kunnen er vier grote dialecten worden onderscheiden: het centrale Thai, ook wel Siamees genoemd, dat in Centraal-Thailand wordt gesproken; het Isaan (phasa isan) in het noordoosten; het Noordelijk Thai in het noorden;het Zuidelijk Thai (ook wel Dambro) in het zuiden. Daarnaast spreken veel volkeren in het noorden en noordwesten hun eigen talen, zoals de Akha, Lahu, Khmer en Mon.

Het Thai is tonaal, het kent vijf toonhoogten namelijk hoog, middel, laag, dalend en stijgend. Thai is de grootste taal van de Tai-Kadai taalfamilie, en heeft een oorsprong in Guangxi in het zuidoosten van China, waar nog steeds verwante talen worden gesproken. De talen in deze familie zijn niet verwant aan het Mandarijn, maar hebben een beperkt aantal kenmerken gemeenschappelijk.

Het Thaise schrift is afgeleid van het Khmerschrift. Het Khmerschrift wordt in Thailand soms nog gebruikt in de boeddhistische liturgie. Op haar beurt is het afgeleid van het Pallavaschrift uit het zuiden van India, dat weer afgeleid is van het Brahmischrift. Volgens de traditie werd het Thaise schrift in 1283 ontworpen door koning Ramkhamhaeng maar volgens historici en taaldeskundigen was zijn persoonlijke invloed op de ontwikkeling van het schrift minder groot. Het huidige alfabet telt 45 klinkers en 44 medeklinkers.

Cultuur

De wai is de traditionele begroeting in Thailand. Het is tegelijk een betuiging van respect. Statusverschillen komen er bij tot uitdrukking. De wai is een gracieus gebaar: de handpalmen worden tegen elkaar gevouwen en voor of onder het gezicht opgeheven. Hierbij maakt men een lichte buiging met het hoofd.

De Thai beoordelen andere mensen grotendeels op het uiterlijk. Keurige kleding suggereert zorgeloze welvaart. Een korte broek is in huiselijke kring en aan het strand geen probleem. Maar in het openbaar wordt het dragen van shorts als niet netjes gezien. Bij het bezoeken van tempels dienen met name vrouwen er voor te zorgen dat armen en benen bedekt zijn. Bezoek aan een tempel dient blootshoofds te gebeuren en op blote voeten. Als je om een pagode heen loopt, doe dat dan met de wijzers van de klok mee.

Meningsverschillen
Meningsverschillen tussen mensen worden in Thailand zelden openlijk geuit. Je geduld verliezen, boos worden of een woordenwisseling in het openbaar betekenen namelijk 'gezichtsverlies'. Confrontaties worden het liefst uit de weg gegaan, om anderen niet in verlegenheid te brengen. Kritiek wordt direct als een persoonlijke belediging ervaren. Ook het uiten van positieve emoties als genegenheid, gebeurt subtieler dan wij gewend zijn.

Thaise glimlach
Thailand staat bekend als het 'Land van de glimlach'. Een (glim)lach kan vele betekenissen en functies hebben, al naar gelang de situatie en sociale omstandigheden. Mensen lachen uit verlegenheid, onderdanigheid, boosheid, maar natuurlijk ook gewoon uit blijdschap of vriendelijkheid. Een glimlach wordt ook gebruikt waar wij 'sorry' of 'dank je' zouden zeggen. De glimlach is in feite een masker voor heel verschillende emoties.

De Koning
De Thai tonen opvallend veel eerbied voor de koninklijke familie. In hotels, restaurants, bussen, tuk-tuks en openbare gebouwen hangen portretten van het koningspaar. Veel Thai zien hun koning als een soort halfgod. De vorige koning Bhumibol was bijzonder geliefd en regeerde al sinds 1946. De koning en zijn vrouw waren een symbool van wijsheid, goedheid en liefde voor het volk. Zijn zoon en huidige opvolger is echter minder populair. Wie in het openbaar kritiek geeft op de koninklijke familie kan zwaar gestraft worden.

Te gast in Thailand
Meer informatie over culturele verschillen en omgangsvormen in Thailand vind je in de handige reispocket 'TE GAST IN Thailand'  (prijs 8,95; verkrijgbaar in boekhandel of direct te bestellen via www.tegastin.nl).

Bevolking & Geloof

De bevolking is ongelijkmatig over het land verdeeld. De noordelijke hooglanden hebben de laagste bevolkingsdichtheid terwijl de centrale laaglanden en het zuidelijke deel van het schiereiland dicht tot zeer dichtbevolkt zijn.

De Thaise bevolking bestaat voor ongeveer 90% uit Thai. De grootste minderheidsgroep wordt gevormd door de Chinezen, die zich echter vrij sterk met de Thai hebben vermengd. De Chinezen vormen een belangrijk deel van de 'toplaag' in de Thaise samenleving. Zoals elders in Zuidoost-Azië hebben velen zich gespecialiseerd tot handelaren. Ondanks de aanzienlijke assimilatie treden karakterverschillen tussen de Thai en de Chinezen soms aan het licht. De belangrijkste stroming van het boeddhisme in Thailand is het theravada-boeddhisme.

Het boeddhisme is er ook staatsgodsdienst en het gehele culturele en openbare leven is ervan doordrongen. Iedere Thaise man trekt zich enkele jaren als bedelmonnik terug in een soort kloostergemeenschap, waarvan er verscheidene duizenden bestaan.

Het Thaise boeddhisme vertoont een grote mate van tolerantie ten opzichte van andere godsdiensten. Christenen, hindoes en moslims vormen minderheden. Islamieten vindt men voornamelijk onder de Maleiers in het zuiden. Het christendom, overwegend katholieken, is vooral vertegenwoordigd onder de inwoners van Chinese afkomst.

Voeding

De Thaise keuken zeer divers is en maakt gebruik van een grote verscheidenheid aan ingrediënten, kruiden en specerijen. Wat de verschillende regionale keukens van Thailand met elkaar verbindt is dat zij de vijf fundamentele smaaksensaties met elkaar proberen te verenigen in een maaltijd, en soms ook binnen één gerecht: pikant, zuur, zoet, zout en bitter. Ook het gebruik van grote hoeveelheden verse kruiden in gerechten is wat de Thaise keuken apart zet van vele andere keukens.

Kenmerkend is het gebruik van rijst als basisvoedsel. De volkeren in Centraal-Thailand en Zuid-Thailand gebruiken nu voornamelijk een geurige, semidroge en langkorrelige rijst, ook wel jasmijn- of pandanrijst genoemd. De volkeren in het noorden en noordoosten van Thailand gebruiken traditioneel kleefrijst, maar met de toenemende centralisering van de Thaise staat en cultuur neemt de jasmijnrijst, ook in deze streken, de rol over van basisvoedsel.

De eeuwenoude handelsbetrekkingen met China hebben een grote stempel gedrukt op de Thaise keuken. Veel ingrediënten en gerechten zijn er door Chinezen geïntroduceerd zoals de sojaproducten zoals sojasaus en tofoe. Ook de noedels zijn met de Chinezen meegekomen en populair geworden in heel Thailand: bami, mihoen, mie of glasmie. Een importgerecht uit India is ‘Roti’, het meest gebruikte woord voor brood, alsook de currygerechten.

De Thaise curry's vallen grofweg uiteen in twee groepen: die curry's waarin kokosmelk en gemalen koenjit worden verwerkt uit Centraal- en Zuid-Thailand, streken die meer onder invloed stonden van de culturen uit India, de Maleisische rijken en de Indonesische rijken, en de curry's waar geen kokosmelk of koenjit in worden gebruikt, zoals in het noorden en het noordoosten van Thailand.

Traditioneel werd door Thailanders, zittend op de grond op gevlochten matten, met de rechterhand gegeten maar het is tegenwoordig gebruikelijk lepel en vork te gebruiken, waarbij het eten eerst met de vork (in de linkerhand) op de lepel (in de rechterhand) wordt geschoven alvorens het naar de mond te brengen. Met de introductie van tafels en stoelen vanuit China en het Westen, wordt steeds minder zittend op de grond gegeten. Noedelsoepen worden met eetstokjes gegeten.

Een typische Thaise maaltijd bestaat uit verschillende gerechten die gedeeld worden door alle disgenoten. Normaliter worden er evenveel gerechten (plus één extra) gegeten als dat er disgenoten zijn maar meer gerechten is geen probleem. Men kiest voor een aangename mix van smaken en bereidingswijzen. Soep wordt niet als voorgerecht gezien maar wordt er tegelijkertijd met de andere gerechten gegeten. Bij een maaltijd krijgt men haast altijd ‘phrik nam pla’: rauwe fijngehakte, zeer scherpe chilipepertjes met flinters rauwe knoflook in een beetje vissaus en limoensap.

 

Photo by Eva Serna from FreeImages